Meer dan 180 woningcorporaties dienen bezwaar in tegen de verhuurderheffing.
Zij willen de 1,7 miljard aan huuropbrengsten die nu worden afgedragen aan de staat inzetten voor de volkshuisvesting en vinden daarbij de woningwet aan hun zijde. Die schrijft voor dat woningcorporaties al hun middelen moeten inzetten voor onderhoud, nieuwbouw, betaalbare huren en verduurzaming van de woningen. De corporaties vinden het in deze tijd van woningnood onverantwoord om dit geld niet in te zetten voor meer betaalbare woningen.
De verhuurderheffing is in strijd met de Woningwet. Die schrijft voor dat woningcorporaties al hun financiële middelen inzetten in het belang van de volkshuisvesting. Ofwel, dat de huur die geïnd wordt, wordt geïnvesteerd in nieuwe woningen, onderhoud, duurzaamheid. De verhuurderheffing is bedoeld voor terugdringing van de staatsschuld. Door deze te betalen, worden corporaties gedwongen om in strijd met de Woningwet te handelen. Daarom maken ruim 160 woningcorporaties officieel bezwaar bij de Belastingdienst.
Volgens Hester van Buren, bestuurder van Rochdale en één van de initiatiefnemers van het bezwaar, nemen de corporaties deze stap in het belang van ‘iedereen die vastloopt op de woningmarkt’. Van Buren: ‘Als verhuurder horen wij dagelijks schrijnende verhalen van mensen die niet fatsoenlijk wonen. Te duur, te klein of onzelfstandig. De verhuurdersheffing staat ons in de weg om te doen waarvoor we opgericht zijn: betaalbare woningen voor iedereen. Dat wij deze extra heffing moeten betalen en verhuurders van vrije sector huurwoningen niet, is op z’n minst merkwaardig.’
Het bezwaar valt samen met de actie #ikwileenhuis. Deze werd gestart om ‘de wooncrisis een gezicht te geven’, zegt Van Buren. ‘Mensen die klem zitten op de woningmarkt zijn opgeroepen om hun verhaal te delen. Dagelijks stromen er vele tientallen brieven, emails en filmpjes binnen, de een nog schrijnender dan de ander. Des te wranger is het dat we in deze week samen 1,7 miljard overgemaakt hebben aan de minister van Financiën.’
Van Buren wijst erop dat de verhuurdersheffing niet meer van deze tijd is. ‘Het was ooit een crisismaatregel, om in tijden van economische tegenslag de oploop van de staatsschuld af te remmen. Nu die crisis achter de rug is en de staatsschuld historisch laag, is de grond onder de verhuurderheffing weggevallen. Dat terwijl de noodzaak om te investeren in de woningmarkt steeds sterker is, omdat het woningtekort oploopt. Hoog tijd dus om de middelen aan te wenden om de wooncrisis te bestrijden.’
Woonbonddirecteur Paulus Jansen: ‘Het is volstrekt onverantwoord om deze heffing in stand te houden terwijl we midden in een wooncrisis zitten. Huurders en woningzoekenden zijn uiteindelijk de dupe. Er is een tekort aan betaalbare huurwoningen, en de verhuurderheffing houdt dit in stand. Het is mooi dat zo veel corporaties hiertegen in actie komen en een bezwaar indienen.’
De woningcorporaties wachten de reactie van de belastingdienst en de betrokken ministers af.