De Dakar 2020 is nog niet goed en wel begonnen of Martien Jimmink heeft zijn rol als hulpverlener in nood alweer opgepakt. Ergens middenin de eerste proef van 319 km zag Jimmink een gevallen motorrijder liggen. “Daar kan ik niet omheen, ik móet daar naartoe.”De kans is dus groot dat Jimmink nog aardig wat tijd terugkrijgt en een nog beter resultaat mag noteren dan de voorlopig 84ste plaats.
De Kolhorner ging als een speer. Als nummer 111 gestart stak hij in het eerste deel al een man of dertig voorbij. Door de hulpverlening aan de gevallen motorrijder verloor hij een minuut of zes. Die krijgt hij als het goed is terug.
“Het was een leuke proef”, vond de 59-jarige loonwerker. “Eerst stenen, daarna duintjes met lekker mul zand, daarna weer stenen. En daar lag die Roemeense jongen: in een bult stof, met zijn ogen dicht en heel zwaar ademend. Ik dacht ‘die ligt hier dood te gaan’ en heb meteen op de rode knop gedrukt om hulp erbij te halen. Toen hij zijn ogen open deed heb ik alle vragen gesteld die we in de eerstehulpcursus hebben geleerd: weet je wie je bent, waar je bent, wat er is gebeurd?
Hij reageerde eerst nauwelijks, maar toen wilde hij opstaan. Dat ging niet, hij zakte meteen weer door zijn hoeven. Inmiddels waren er een paar militairen bij gekomen. Toen die jongen zei dat hij ok was, ben ik doorgereden.” <p{Eenmaal weer op gang – en in het stof van de hele trits motoren die hij eerder was gepasseerd – werd Jimmink gebeld door de organisatie of hij degene was die op de knop had gedrukt en of hij ok was. “Moest ik het nog eens uitleggen! Kostte weer tijd, dus kon ik weer aan het inhalen.”
Desondanks was Jimmink dik tevreden. Het tempo was goed, het rijden ging fijn, het navigeren was geen probleem. “Maar vooral omdat er al veel sporen stonden. Daar rij ik achteraan. Ik kijk soms wel 5 km niet op het roadbook. Dan gaat het tempo eruit en dat is zonde als het zo lekker gaat.”
Meer nieuws volgt.....