Op donderdag 1 september en vrijdag 2 september gaat het weer gebeuren.
Martijn Berkhout gaat op deze dagen net als vorig jaar de Mont Ventoux bedwingen voor het goede doel. De ene dag gaat hij per fiets de berg op en de andere dag gaat hij hardlopend omhoog. In de aanloop naar deze monstertocht zorgt Martijn ervoor dat hij in topconditie is. U zult hem regelmatig kunnen tegenkomen tijdens een trainingsrondje. Ook was hij van de partij tijdens de Triathlon in Nieuwe Niedorp, waar hij weer een goede prestatie heeft neergezet.
Wie Martijn een financieel steuntje in de rug wil geven, kan een bedrag storten via de website.
De belevenissen van Martijn in 2015:
Het is donderdag 3 september 2015, 8 uur `s morgens in Montbrun zuid Frankrijk. Ik sta met alle wandel/hardloop deelnemers bij de bus welke ons naar Sault gaat brengen om de Mont Ventoux te lijf te gaan als ik fluister tegen Marja (wandel deelneemster Huis aan het water) dat ik een verlovingsring in mijn tas heb zitten en gelijk was de toon gezet: iedereen is de spanning van de beklimming vergeten en we zijn gelijk supervrolijk. In Sault verzamelt iedereen zich op het grote plein met het uitzicht op de rood/witte toren in de verte, en wat lijkt het ver zeg! De zenuwen schieten gelijk weer door mij heen, maar ik ben hier met een missie dus ik ga een beetje vooraan staan bij de andere 15 andere gekken die gaan hardlopen. De meesten zijn wandelaars en die maken zich niet zo druk over hun startplaats. De minuut stilte brengt je altijd weer terug naar de waarheid waar je het voor doet, alle mensen die we verloren hebben of die op het moment vechten tegen kanker. Hierna klinkt het startschot en weg zijn we, na 500 meter is er eerst een afdaling want we starten op ongeveer 550 meter hoogte en dalen af naar 300 meter om dan aan de beklimming te beginnen. Ik zet mijn koptelefoon op en de muziek aan en loop samen op met een groepje, ik wil niet te hard van stapel lopen want ik moet nog 24 kilometer berg op. Na 4 kilometer begint de beklimming rustig en na 6 kilometer loop ik voorbij het startpunt van 2014 en hoor in mijn gedachte al die mensen balen die hier toen ook gestart waren dat ze toch verder moeten lopen nu. Na 8 kilometer haal ik de eerste studenten in van Reggestein, na 10 kilometer de burgemeester van Montbrun. Ik kom in de runnershigh en loop rustig in een vast tempo van rond de 7,5 a 8 minuten per kilometer door en voel me goed en sterk. Er zijn veel waterpunten en ik besluit mijn water uit mijn rugzak te lozen, net op dat moment komt er een Nederlandse auto naast mij rijden en bied aan de rugzak naar de top te brengen…. Ik kon ze maar net op tijd vertellen dat er toch een HEEL belangrijke lading in zat en ik hem echt nodig heb op de top…. Ik had besloten om bij de waterstops niet te lang te blijven staan omdat je dan kans hebt uit je ritme te raken en dat wilde ik niet oplopen, bij elke waterstop kreeg ik de opmerking er fit uit te zien en verder onderweg naar het 20 kilometer punt haalde ik een aantal lopers in welke helemaal bezweet en rood waren terwijl ik mijn eerste druppel zweet nog moest krijgen.
Op 20 kilometer ligt chalet Reijnard een redelijk vlak punt waar ik een beetje de benen kan laten bijkomen en tot mijn verassing staan er zoveel mensen en in mijn oor hoor ik mijn naam genoemd worden door de speaker… ik krijg vleugels en geef in de snelheid Danielle een kus en moet erg in mijzelf lachen omdat zij niet weet wat ik na 6 kilometer ga doen ;-) . Helemaal in de hemel ren ik langs alle supporters maar na 100 meter heb ik het gevoel in de hel geraakt te zijn als ik tegen een muur van 12/13% oploop, het lood zakt in de schoenen! Hoe ga ik dit aanpakken? Ik besluit kortere passen toe te passen en mijn snelheid valt terug naar 10 tot 11 minuten per kilometer maar dat is logisch met dit stijgingspercentage. Ik loop gelijk op met de fietsers welke tegen deze berg aan buffelen en na 3 kilometer moet ik toch gaan wandelen, deze laatste 6 kilometer breken elke deelnemer! Ik wandel samen met een andere hardloper naar boven en onderweg hebben we het over onze beweegredenen om mee te doen aan deze tocht, hier word ik erg stil van… de laatste 200 meter zeg ik de hardloper gedag en ren naar de laatste bocht, oef wat is die stijl… de laatste meters loop ik weg en krijg de medaille om bij de finish en ook Daniëlle staat me daar op te wachten, ik omhels haar en terwijl ik mijn rugtas afwurm val ik op mijn knie. Danielle denkt dat ik flauwval maar dan ziet ze de ring, de omstanders hebben haar antwoord niet gehoord maar ze schalt haar antwoord nogmaals over de top van de kale berg: JA!
Gelijk daarna trek ik meerdere herstelshakes open en drink zo’n 1,5 liter weg want de volgende dag moet ik weer en herstel is heel belangrijk om de kale berg nogmaals te bedwingen, de fiets is ook niet makkelijk. We wachten natuurlijk ook op de wandelaars, iedereen is een held bovenop de berg en ik ga niet voor mijzelf naar boven. Nadat iedereen binnen is gaan we naar de personenbusjes van de organisatie toe om ons naar het chalet te laten brengen (bussen mogen niet naar de top namelijk) en in de bus bekijk ik mijn tijd op strava: een nette 3 uur en 3 minuten over 26 kilometer. Trots op mijn tijd stappen we de grote touringcar in en rijden we weer bergafwaarts naar Montbrun om nog even na te genieten van de inspanning.
Vrijdag 4 september 2015 word ik toch wel stijf wakker, ik heb goed geslapen maar toch vinden de bovenbenen het niet erg lekker om weer te bewegen. De meesten fietsen vanaf Montbrun naar Sault om alvast op te warmen maar ik ben bang dat tijdens de “rust” in Sault mijn bovenbenen verzuren dus ik besluit met de auto te gaan. In Sault op het plein word het steeds drukker, de startgroep is toch groter en fietsen nemen ook veel ruimte in. De minuut stilte is weer heel indrukwekkend terwijl iedereen zijn/haar helm afheeft. Na het startschot worden er kleine groepjes “losgelaten” naar de berg, het is hetzelfde stuk als ik al hardlopend had gedaan maar de eerste meters doen mijn bovenbenen toch meer pijn als gehoopt, er zit geen energie in. Na rustig 10 kilometer te hebben gereden beginnen mijn benen losser aan te voelen en durf ik zelfs een beetje aan te zetten, ik kom aardig in mijn ritme. Ik rij lekker door tot Chalet Reijnard en klap weer tegen de muur aan van 12/13%, gelukkig heb ik een tripple dus schakel gelijk terug en zet door! Nog 6 kilometer! Doorstampen… ik voel mij goed, het eerste jaar moest ik het op energiegel doen die laatste 6 kilometer maar dit jaar heb ik meer getraind en dat voel ik want ik gebruik de gel niet. Ik buffel door tot het monument, dit is het zwaarste stuk en klap door de laatste haarspeltbocht en race naar de finish. Na weer een medaille gekregen te hebben vangen we alle andere fietsers op en begin ik aan de afdaling, dit is best eng als je een MTB gewend bent, hoe durven ze dit op die smalle bandjes en die gammele remmen?